Ouders kunnen schrijven aan politici, ook gemeentelijk:

 

Geachte volksvertegenwoordiger,

 

Omgangssabotage onder OTS komt nogal opmerkelijk vaak voor in Nederland, waarbij de OTS verlengd wordt en verlengd wordt...  Wat doet dit met het ontvankelijke kind?

 

De bedoeling van de wetgever bij BW1:255 was toch dat de g.i. (gecertificeerde instelling die gezinsvoogdij levert), die dat mandaat van OTS krijgt, vóórtvarend en inhoudelijk aan het oplossen van de in de wettekst genoemde "ernstige bedreiging" werkt d.m.v. Jw4.1.1, het coördineren van diagnostiek (IVRK art. 24 lid 1) en enthousiasmerende voorlichting op dat niveau laat verstrekken opdat beide ouders (gelijke monniken gelijke kappen, hoe zelden doet de g.i. daaraan?!) bewust worden wat signalen met het kind, dat een extra psychische rugzak te torsen heeft door de scheiding, in de psyche èn in het DNA doet. 

 

Hoe vaak klagen omgangsgesaboteerde ouders dat deze voorlichting niet verstrekt wordt, niet door een deskundige, er niet gediagnosticeerd wordt, en er enkel door de jeugdzorgwerkers gegokt wordt met een keuze voor één der ouders, wat dus geen keuze voor de psychische ondervinding van het kind is! In de praktijk staat het ontvankelijke kind niet centraal.  De hypocognitie van gezinsvoogden, zo zegt wetenschap[eindnoot1], leidt naar ouders tot het gevoel van arrogantie in de jeugdzorg; het enthousiasmeert ouders dus averechts! 

 

Een omgangs-OTS zou maar enige maanden mogen duren omdat de psychische rugzak van het kind zo snel mogelijk zo licht mogelijk gemaakt moet worden!  Daartoe is urgente, brede voorlichting nodig, waarbij ouders zich inleven wat een kind ervaart bij welk signaal, onder welk hulptraject. 

Ouders kunnen dan concreet tot een bewuste mentale keuze komen ten gunste voor het kind-met-twee-ouders, hoe verschillend ook, òf t.g.v. eigen ongenoegens over de ex bij veelal slechts één ouder. 

Dat kàn binnen een paar maanden slechts!

 

Verlengen van OTS duidt al te vaak op ondeskundig of polariserend handelen door een eigengereid gezinsvoogd, met de gok-keuze voor één der ouders. Het opgroeiende kind wordt vergeten.

Wetenschappers als Ursula Gresser[2], Carlo Schuengel, Joseph Doyle, of Cora Bartelink[eindnoot 2] hebben aanwijzingen gegeven over de ondeskundigheid en de gevolgen daarvan op dat kind. 

Deze wetenschappelijke inzichten worden door heel de jeugdbescherming weggewoven, ondanks dat de besturen dit officieel door mij kregen aangereikt. 

 

Ook ouders trachten deze wetenschap per case aan te reiken, onder hun plicht in BW1:247 en ter optimalisatie van het hulptraject op niveau van IVRK24 lid 1, waarbij ouders voorgelicht moeten worden het diagnostisch advies te representeren, maar hen wordt veelal dan verweten de gezinsvoogd tegen te spreken en tegen te werken, de ouder demoniserend. Rechters zien niet dat deze reden tot verlengen niet-valide is.

 

Er is geen sprake van equality of arms, EHRM, waar jeugdzorg kennelijk in Nederland mag insinueren en beschuldigen zonder diagnostiek.  (Jw3.3 is niet gedefinieerd en niet gesanctioneerd, en rechters blijven geen orthopedagogen om het te herkennen; een onderzoeksrechter blijft noodzakelijk).

Ouders willen vaak interactiediagnostiek, interessant, waar ze dan extra voorlichting op krijgen, zich als ouder verrijkend t.a.v. de representatie naar het geliefde kind. 

Het wordt in de jeugdzorg, door de ondeskundige jeugdzorg, tegengewerkt!!! 

Dat is het veroorzaken van een 'ernstige bedreiging' dóór de jeugdbescherming, de gezinsvoogdij!

 

Vraag:

Is het een idee om het verlengen van een omgangs-OTS te verbieden en de voorlichting dan in handen te geven van echte specialisten; die werken enkele uren, per uur wat duurder, maar per dan effectief hulptraject is dat goedkoper, en dan zonder de gevolgschade in het opgroeiende kind. Gevolgschade, waar o.a. Gresser en Weinberger2 voor waarschuwen!

De inspectie ziet niet toe op wat het kind ervaart op betwiste beslissingen van gezinsvoogden!

Klagen hoeft (zoals vaak ervaren wordt) geen gevolg te krijgen wegens vrijblijvendheid van gegronde klachten. 

 

Rechters zijn geen orthopedagogen en gokken dat de adviserende, juridische partij – de jeugdbescherming, als 'professional' – het wel zal weten, ondanks de signalen, zoals bijv. kinderombudsman Dullaert[3] destijds op wees: de vele fouten in jeugdzorgrapportages, die ouders als beschuldigingen op de gok ervaren en als liegen (insinueren) benoemen, het niet scheiden van verwachtingen, vermoedens en gevoelens van feiten en degelijk meten. Ook de slager en trambestuurder zijn ‘professional’.

Verzwegen wordt dat de ouder positieve inzet toonde, vroeg om diagnostiek of degelijke voorlichting aan beide ouders, denkend aan het ontvankelijk kind onder signalen van een omgangssaboterend ouder.

 

Hoeveel OTS-sen leiden wel tot verbetering binnen een half of heel jaar? 

Het onderzoek "909 zorgen" van prof. N.W. Slot et al  kwam uit op 28% dat na 2 jaren wel wat verbetering toonde.[4]   Dat is: 72% niet, maar vaak wel leidde tot verslechtering, zoals ook prof. Jo Hermanns op een jeugdzorgdag liet zien in grafiek.

72% blijft een extreem slechte score!  Omgangssabotage grijpt zelfs in op de werking van het DNA in het kind.  Het veroorzaakt ACE’s. [Figuur]

 

Ouders die zich inschrijven bij de scheidingsrechtbank moeten direct beiden een brochure krijgen welke psychologische aspecten dit heeft voor het kind en de ouderlijke representatie, en welke wegen, ook de positieve, er zijn.  Al moeten ze daarnaast ook op de CONCRETIE gewezen worden dat BW1:255 en 266 bestaan!  Ouders geloven dat regelmatig niet voordat ze overvallen worden, met emoties tot gevolg.  En dat straalt weer negatief uit op het ontvankelijke kind! 

Voorkom onbewustheid en overval. Licht voor! 

 

We hopen dat deze informatie tot concrete, inhoudelijke verbetering leidt in omgangssabotagebeleid bij zorg voor jeugd.

 

Met vriendelijke groet,    . . . TjS.. .  .

Noten: